Ouders van kinderen met bewegingsproblematiek
Een kind met houding of bewegingsproblemen
Uw kind heeft een houding of bewegingsprobleem, dat wil zeggen dat het kind zich lichamelijk en of motorisch minder goed ontwikkeld dan normaal.
U bent met uw kind bij de arts geweest en die heeft u, na lichamelijk onderzoek, verwezen naar een oefentherapeut.
De oefentherapeut begeleidt uw kind met motorische problemen niet zonder uw hulp.
Intake en onderzoek bij de oefentherapeutDe oefentherapeut heeft een gesprek met u over uw kind en stelt vragen over de motorische ontwikkeling en/ of de (lichamelijke) klachten. Daarbij zal er gevraagd worden naar ziekte geschiedenis, medicatie en school prestaties en de motorische mijlpalen van uw kind.
Oorzaak van de klacht en het lichamelijk onderzoekKomt het probleem voort uit een tijdelijke storing, bijv. herstel na een fractuur, herstel na een ziekte waarbij het lichaam wat hulp nodig heeft dan zal de therapeut een algemeen lichamelijk onderzoek doen, een functie onderzoek van het lichaamsdeel waar de klacht zit. Tevens wordt er een algeheel houding en bewegingsonderzoek gedaan om te zien of de klacht invloed heeft op het bewegen. Komt de klacht voort uit een ziekte op het orthopedische, neurologische, erfelijke, interne geneeskunde, ademtechnisch gebied dan zal de oefentherapeut specifiek onderzoek gaan doen naar deze ziekte en naar gevolgen die deze afwijking heeft op het functionele bewegen van het patiëntje.
Motoriek, motorisch onderzoek naar motorische trage ontwikkelingKomt de klacht voort uit een motorische trage ontwikkeling of een ontwikkelingsachterstand dan zal de therapeut naast een algemeen lichamelijk onderzoek ook een motorisch onderzoek gaan doen. Daarbij komen alle onderdelen van de motoriek apart aan de orde, te weten: evenwicht, grove motoriek, fijne motoriek, samenwerking van de handen, snelheid van bewegen, isoleren van bewegingen, ruimtelijk inzicht, zodat er goed gekeken kan worden op welk gebied van de motorische ontwikkeling uw kind problemen heeft.
Na het onderzoekOm tot een goede stimulans van het functioneel bewegen en/of de motoriek te komen moet er gewerkt worden vanaf de basis van het probleem. Aan de hand van het onderzoek schrijft de therapeut een verslag met een behandelplan en advies en indien u daar mee akkoord gaat wordt de (sensomotorische) behandeling in gang gezet. Na een periode van therapie zal het kind weer getest en onderzocht worden om te zien wat het behandelresultaat is. Aan de hand hiervan zal er rapport gemaakt worden naar de verwijzend arts om te bepalen of verdere behandeling nodig is.
|